Geen verrassing: extra aandacht nodig voor niet-cognitieve vaardigheden
Intelligentie is belangrijk voor het succes op school, dat weten we allemaal. Dat dit deels erfelijk bepaald is voor velen is ook niet nieuw. Maar het effect van niet-cognitieve vaardigheden op schoolsucces heeft bij Politiek Den Haag nog steeds onvoldoende plek op de agenda. Onbegrijpelijk gezien het feit dat niet alle jongeren evenveel mogelijkheden hebben om die niet-cognitieve vaardigheden in volle potentie te benutten en juist daar strijden wij voor!
Het NRC heeft een verhelderend, zij het niet geheel onverwacht artikel geschreven over het Britse onderzoek, geleid door onderzoeksleider Andrea Allegrini (University College Londen). Het onderzoek gaat in tegen de oude opvatting dat intelligentie de belangrijkste kracht is achter schoolsucces. Dit zijn overtuigende aanwijzingen dat niet-cognitieve vaardigheden als doorzettingsvermogen, nieuwsgierigheid en leergierigheid niet alleen goede voorspellers van succes zijn, maar dat hun invloed ook steeds groter wordt tijdens de schooltijd. Hear Hear!
Andere feiten uit het onderzoek op een rijtje:
-
Verschillen in intelligentie worden voor ongeveer 50% bepaalde door erfelijke factoren, globaal genomen zijn de verschillen in niet-cognitieve vaardigheden voor 30 tot 50 % erfelijk bepaald, iets minder dus dan voor intelligentie zo schrijven onderzoekers in hun onderzoek in Nature Behaviour.
-
Uit de sterke groei van het effect van de non-cognitieve erfelijke factoren op schoolsucces terwijl het effect van cognitieve gelijk bleef, leiden de onderzoeken af dat die overlap hier geen grote rol kan hebben gespeeld.
-
De onderzoekers beschrijven ook de interactie tussen erfelijkheid en omgeving. Kinderen met meer (deels erfelijk bepaalde) motivatie om te leren zullen ook vaker omgevingen opzoeken of zelf creëren die die neiging weer versterken, al was het maar door zich op te geven voor extra’s op school.
-
In het gepubliceerde onderzoek werd gebruik gemaakt van testen (cognitief en non-cognitief) en DNA-analyses van ongeveer 10.000 kinderen uit een groot Brits tweelingenproject, die al 20 jaar worden gevolgd.
-
Door allerlei omgevingsfactoren (buurt, culturele omgeving, financiële mogelijkheden, enz.) heeft ook de sociaaleconomische status (SES) van gezinnen veel invloed op het schoolsucces van kinderen. Maar ze benadrukken dat het toenemende effect aan de erfelijke niet-cognitieve factoren bij alle SES-niveaus werd teruggevonden, net als trouwens de relatief constante invloed van erfelijk bepaalde intelligentieverschillen.
-
En juist omdat dat groeiende effect van motivatie en belangstelling niet beïnvloed wordt door SES, menen de onderzoekers dat stimulering van zulke vaardigheden – die ook maar voor een deel erfelijk bepaald zijn – een belangrijke rol moet spelen bij onderwijsinterventies.
Andrea Allegrini vat de belangrijkste conclusie van het complexe onderzoek samen: ‘Rond het negende jaar heeft de genetische aanleg voor intelligentie veel meer invloed op de verschillend in schoolsucces. Maar rond het zestiende jaar is de genetische aanleg voor niet-cognitieve eigenschappen even belangrijk voor het voorspellen van schoolsucces als die voor cognitieve eigenschappen.’
Het onderzoek bewijst maar weer dat onze partners keihard nodig zijn op scholen!